Kent u dat? Dat uw huisdier doorgaans enorm goed luistert? Dat als u ‘hier’ roept, uw trouwe viervoeter al kwispelend voor u zit? Maar als er publiek bij is, u nog net het staartje in het hoge gras ziet verdwijnen al staat u overspannen met zes worsten tegelijk te zwaaien? Opdat u met blos op de wangen en zweet op het voorhoofd zichzelf ongelukkig zinnen hoort stamelen als ‘normaal komt ze meteen hoor!’ of ‘hij heeft zijn dag zeker niet’? Waarop het publiek net even te slecht lachjes en pretogen weet te verbergen, omdat hun hond natuurlijk zestien kunstjes op commando kan? Tegelijkertijd! Zonder de commando’s te horen zelfs.
Nee, dan onze hond. Die doet toch gewoon precies het omgekeerde! Gaan we gezellig met zijn tweetjes of drietjes op pad, is ons gebrul slechts een teken dat we ‘dus’ nog in de buurt zijn en mijnheer heus niet meteen naar ons toe hoeft te spurten. Of neemt hij die spurt wel om ons tien keer voorbij te rennen in de hoop dat we er leuk achteraan gaan hollen. Dat wordt – tot mijn grote verbijstering – anders als er een hondenbezitter in de buurt is. Alsof hij absoluut geen imagoschade voor zijn baasjes wil, luistert hij op die momenten als de beste. En – ik zweer het mensen- hij lacht er ook vrolijk bij!
Zwellend van trots op onze kleine, is het niet moeilijk om dan glimlachend te mompelen dat hij niet altijd zo goed luistert …